Nicolas Deshayes

Expo #28 - 4 Solo's - Gargouilles

Nicolas Deshayes creëert installaties, sculpturen, tekeningen, bas-reliëfs en panelen. Hij experimenteert met technieken uit de industriële massaproductie. Deze zet hij naar zijn hand via ambachtelijke ingrepen en chemische reacties, die elk kunstwerk uniek maken. Vaak speelt zijn werk zich af in de spanning tussen organisch en industrieel, vloeibaar en monumentaal, banaal en grotesk, afstotelijk en sensueel.
Deshayes, in 1983 geboren in Frankrijk maar opgegroeid in Ierland en Engeland en tegenwoordig gevestigd in Dover, studeerde aan het Chelsea College of Art and Design en de Royal College of Art in Londen. Terwijl hij voorheen al een stevig curriculum opbouwde in Groot-Brittannië, Duitsland en Italië, markeren de exposities Glissements in FRAC Grand-Large te Duinkerke en Gargouilles in kunstencentrum Le Creux de l’Enfer in Thiers (Auvergne) zijn eerste twee solotentoonstellingen in Frankrijk. Deze werden samengesteld door Keren Detton en Sophie Auger. Terwijl de groots opgezette solo in Duinkerke – een overzicht van de voorbije 15 jaar – nog tot 13 maart te zien is, opent in Emergent een tentoonstelling met recent werk. Deze bestaat grotendeels uit creaties die tot voor kort in Thiers gepresenteerd werden, en die daar ook in lokale bedrijven gerealiseerd zijn.

Op luchtbogen van gotische kathedralen monden de afvoerkanalen voor het hemelwater uit in vuilgebekte monstertjes: ‘waterspuwers’ - in het Frans: ‘gargouilles’. In de (vroeg-)moderne tijden die op de middeleeuwen volgden, werd de westerse architectuur systematisch van deze duivelse creaturen gezuiverd: de monsters verdwenen en de afvoeren werden aan het oog onttrokken. Deze verdwijntruc kon de burger met twee valse illusies opzadelen. Ten eerste kon hij in de waan leven dat het moderne leven op een homogeen rationele - van ‘lagere’, al te aardse wezens en functies bevrijde - wijze geleid kon worden. En ten tweede kon hij zich blindstaren op de bizarre kant van de middel- eeuwse cultuur, en zo de unieke wijze missen waarop de kathedraal hoog en laag, hemels en duivels, natuurlijk en bovennatuurlijk tot een synthese van ingenieuze rationaliteit en irrationele grilligheden wist te smeden.

Nicolas Deshayes creëert vaak paradoxale, hybride combinaties, waarin organisch en industrieel, sensueel en mechanisch, vloeibaar en vast een verbond aangaan. Hij initieert processen waarin materie ingrijpend getransformeerd wordt – als was hij een alchemist. Dat geldt voor de reeks bronzen sculpturen, die alle Gargouille getiteld zijn; voor de vacuümverpakte, in geëxpandeerd schuim gerealiseerde ‘tekeningen’; en voor de aluminium reliëfs, die versteend water voorstellen.

In 2014, naar aanleiding van een tentoonstelling in het Kestner Gesellschaft te Hannover, ontdekte Nicolas Deshayes op de voorgevel van de expositieruimte een reliëf dat stromend water voorstelt: water getransformeerd in steen. Gebaseerd hierop maakte hij een reeks reliëfs in klei, en vervolgens in gegoten aluminium. Sindsdien zag hij nergens een gelijkaardige voorstelling, tot bleek dat de waterpomp op de Grote Markt van Veurne met hetzelfde motief versierd is.