Sigrid Tanghe

Expo #27 - Abstracte kunst bestaat niet

In zijn boek Urbanisme vraagt architect Le Corbusier zich af wat zijn collega Adolf Loos bedoelde toen hij zei: “Un homme cultivé ne regarde pas par la fenêtre.” Waarom zou het venster er alleen mogen zijn om licht binnen te laten? Le Corbusier: “(C’est parce que) la ville congestionnée est comme une nature trop sublime.” De grootstad is te anoniem en abstract om er zich op een directe wijze toe te verhouden. Loos wordt de vader van een anoniem ogende ‘witte dozen’-architectuur, maar zijn interieurs zijn labyrintisch en, zo beweert hij, niet te fotograferen.

Hoe weet Sigrid Tanghe de ervaring van ruim- te(lijkheid) in haar waterverfschilderijen te vatten? De kadrering suggereert dat er veel niet te zien is. Een sterk gereduceerd kleurenpalet legt de focus op het spel van licht en schaduw, dat rechtlijnig is. Maar, in tegenstelling tot het lineaire perspectief van de klassiek-renaissancistische schilderkunst, leidt Tanghes lijnenspel ons een slechts geringe virtuele diepte in. Er is een ‘buiten’, waarvan we wel licht ontvangen maar geen zicht op krijgen. Precies doordat het oog onmacht moet bekennen, komt tijd en ruimte vrij voor een gevoelsmatige, lichamelijke ervaring, die zich binnen in een gedeelde ruimte afspeelt, en waarin de ‘huid’ van deze waterverfschilderijen een prominente aanwezigheid verkrijgt.